Door een heleboel omstandigheden kwam Laura tot twee conclusies: het is aangenaam wonen in een tiny house, en het is nog aangenamer met bio-ecologische materialen. Ze besloot er een thesis en een boek over te schrijven, en nu vertelt ze haar verhaal aan Ecobouwers. Want ook de wereld van tiny houses kan nog een stuk duurzamer.
Hoe ben jij terechtgekomen in de wereld van tiny houses?
“Ik heb mijn bachelor ingenieur-architect behaald in België en ben daarna naar Italië gegaan om als architect te werken. Architectuur is echt mijn passie, maar de duurzame en klimaatvriendelijke insteek is even belangrijk. Ik besloot naar Denemarken te verhuizen om daar mijn master te halen. Een kamer huren in Kopenhagen is wel heel erg duur, dus ik begon te zoeken naar alternatieven. Uiteindelijk kwam ik tot de oplossing: een tiny house kopen. In Nederland vond ik een ecologisch demohuisje dat we naar Denemarken hebben vervoerd. Deze manier van wonen vormde de basis van mijn thesis én boek over het sociale en ecologische aspect van tiny houses, en zo kwamen ook mijn liefde voor architectuur en duurzaamheid samen.”
We moeten beginnen met de knop om te draaien en beseffen dat toxische materialen geen plaats hebben in onze woningen.”
De Tiny Step: een ecologisch tiny house ontworpen door Laura.
Heb je bewust gekozen voor een ecologisch tiny house?
“Ik heb heel veel geluk gehad met mijn tiny house. Eigenlijk was het ‘de eerste de beste.’ Een bedrijf uit Nederland dat gespecialiseerd is in het bouwen van ecologische tiny houses verkocht een demomodel. Het is opgebouwd uit spaanplaten van houtschilfers met natuurlijke verlijming, opgevuld met isolatie van jutezakken met een prima lambda-waarde. De gebruikte materialen in mijn tiny house zijn composteerbaar en kunnen het binnenklimaat helpen reguleren. Daardoor is de binnenlucht in mijn huisje van veel betere kwaliteit dan op veel andere plaatsen. Mijn mama heeft altijd longproblemen gehad en uiteindelijk werd ik ook geconfronteerd met astma, maar in mijn eigen huisje kon ik perfect ademen terwijl dat vaak in andere gebouwen niet het geval was. De binnenlucht is in goede balans, niet te droog of te vochtig. Ik ging vroeger altijd uit van het idee dat ecologische materialen wel goed zijn voor het milieu maar in de praktijk toch minderwaardig waren dan traditionele bouwmaterialen. Nu weet ik dat het omgekeerd is: de kwaliteit is ook gewoon beter. We moeten beginnen met de knop om te draaien en beseffen dat toxische materialen geen plaats hebben in onze woningen.”
Een afgesloten slaapkamer in een tiny house.
Wat zou je anders doen als je nog eens een tiny house zou kopen?
“Mijn huidige tiny house is gebouwd als zomerverblijf, niet ideaal voor een koude Deense winter. In mijn thesis heb ik eigenlijk een verbeterde versie ontworpen: de ‘Tiny Step’. Dit huisje is opgebouwd uit ecologische materialen, maar ik wou ook focussen op adaptief bouwen, op circulair denken en op een goede energievoorziening die gebaseerd is op een slimme oriëntatie. Het was bovendien de bedoeling om het eenvoudig te houden, want zo gaat je woning ook langer mee. Een supertechnologische woning presteert enkel goed als alle technieken goed op elkaar zijn afgestemd en zolang die allemaal nog werken. Technieken gaan minder lang mee dan andere onderdelen van het huis, en eens er iets kapot gaat, is het enorm complex om dat te repareren zonder het hele systeem te ontwrichten. Complexe technieken vermijd ik dus, en folies ook. In Denemarken zijn er bijvoorbeeld nog veel gebouwen die maar berekend zijn om 50 jaar mee te gaan. De folies voor opstijgend vocht verouderen en kunnen niet vervangen worden, dus die gebouwen moeten weer volledig tegen de grond. Ik ben voorstander van het verlengen van de levensduur van gebouwen door ze een goede structuur te geven en te werken met lagen die je kan vervangen. In mijn tiny house kan je de houten structuur perfect behouden en de buitenbekleding vervangen bijvoorbeeld. Het gebruik van gerecycleerde materialen kan meer dan 60% van de opgeslagen energie van een gebouw besparen en verlaagt zo de carbon footprint aanzienlijk.”
Het gebruik van gerecycleerde materialen kan meer dan 60% van de opgeslagen energie van een gebouw besparen en verlaagt zo de carbon footprint aanzienlijk.”
“Naast dat circulaire en ecologische aspect, ben ik ook gaan nadenken over de gebruiksvriendelijkheid. Mijn ontwerp voor een tiny house heeft twee afgesloten slaapkamers. Dat is belangrijk voor je bioritme. Ook is het fijn dat je de individualiteit van je ruimtes kan behouden. Het maakt het ook makkelijker om samen te wonen op zo’n kleine oppervlakte. Daarnaast is het ontwerp ook gebruiksvriendelijk voor zelfbouwers. De thermische schil is opgebouwd met ‘legobouwstenen’ die een grid volgen. De thermische schil neemt veel plaats in met zijn 30+ cm dikte. Daarom dat één volledige gevel uit glas bestaat. Een glazen gevel laat de zon ruimschoots binnen, waardoor de woning makkelijker verwarmt. In mijn thesis deed ik een dynamische simulatie met IDA ICE software om dit in het ontwerp te controleren. Die berekende het binnenklimaat voor een volledig jaar en toonde aan dat als er geen zon in het huis komt, de behoefte aan verwarming stijgt van 500 kWh/jaar naar 12.000 kWh/jaar. Dit betekent dat de oriëntatie van de woning cruciaal is voor een laag energieverbruik! Ter vergelijking: mijn ouderlijk huis in België verbruikt 21.000 kWh/jaar aan gas, daarbij tellen we de elektriciteit (3500 kWh/jaar) op. Ik doe het met 500kWh/jaar voor verwarming met de zon als belangrijkste bron.”
Tiny houses mogen in België enkel staan op woongebied. Dat biedt kansen voor goed ruimtegebruik in onze steden.
Waarom zou je anderen aanraden om in een ecologisch tiny house te gaan wonen?
“Een van de opmerkelijkste Tiny Home-openbaringen die ik had, was dat mensen niet Tiny gaan wonen om milieuvriendelijk te zijn, maar dat ze milieuvriendelijk gaan leven nadat ze Tiny zijn gaan wonen. De beperkte ruimte dwingt je om enkel te kopen wat je nodig hebt en maakt je bovendien creatiever. Ik heb mijn huisje gerenoveerd met gerecupereerde materialen, de muren zijn geïsoleerd met jutezakken van koffiebonen. Vandaag is ⅓ van de energiegerelateerde broeikasgassen in Europa afkomstig van gebouwen en zij zijn verantwoordelijk voor meer dan 40% van het energieverbruik en het gebruik van grondstoffen. Kortom: onze huizen hebben veel invloed. Een Tiny Home heeft een impact die gemakkelijk tien keer lager is dan dat van een standaard woning. Berekeningen in mijn thesis toonden aan dat het bouwen van een Tiny Home in plaats van een traditioneel huis van beton en baksteen 117 ton CO2e bespaart. Dat staat gelijk aan een persoon die 500 jaar het vliegtuig neemt!”
Een van de opmerkelijkste Tiny Home-openbaringen die ik had, was dat mensen niet Tiny gaan wonen om milieuvriendelijk te zijn, maar dat ze milieuvriendelijk gaan leven nadat ze Tiny zijn gaan wonen.”
Maar boet je niet in op comfort?
“Op tien vierkante meter wonen, betekent niet dat je moet inboeten aan comfort. Ik heb zelfs een wasmachine en een droogkast ingebouwd. Door de indeling voelt het binnen ruimer dan je zou denken. Veel van mijn vrienden zouden hun kamer graag ruilen voor mijn huisje. Daarbij komt ook dat het op termijn veel goedkoper leven is. Een tiny house is zo ongeveer de enige woning die haalbaar is voor de jongere generatie. Nóg een voordeel van deze woonvorm, die eigenlijk ook een manier van leven is.”
Je kan het boek over Tiny Homes kopen in elke Standaard Boekhandel of via deze link.
Lees de thesis van Laura hier gratis! Leuk weetje: er zijn al mensen met de thesis aan de slag gegaan! Zo is iemand op dit moment een ecologisch tiny house aan het bouwen in Schotland.