Recycleren is hip. Steeds meer mensen geven oude materialen een nieuwe bestemming of leren hoe ze zelf elektrische apparaten kunnen herstellen. De Gentse binnenhuisarchitect Stefaan Onghena doet het al meer dan twintig jaar.
Mijn eerste wapenfeit is een kastje dat ik in 1992 maakte met oude fruitkisten”, zegt Stefaan Onghena. “Toen vonden mensen dat een beetje marginaal, alsof ik me geen nieuwe kast kon permitteren. Terwijl ik een vuist wou maken tegen de wegwerpcultuur. Wat mensen allemaal weggooien heeft me altijd al gefascineerd. En uiteindelijk heb ik er met Casa pouBelle deels mijn beroep van gemaakt.”
Wijnkurken
Andere meubelstukken uit verpakkingsmaterialen volgden, maar Stefaan wou meer. Toen hij in 2000 een eigen huis kocht in de Gentse wijk Brugse Poort, besloot hij om dat zo energiezuinig mogelijk te verbouwen met behulp van bouwafval. “Niet dat ik afkerig ben van nieuwe technologieën”, zegt hij zelf. “Er liggen wel degelijk zonnepanelen op het dak.
Het huis is geïsoleerd met 1,2 miljoen wijnkurken die ik in restaurants en cafés en bij vrienden ging ophalen. Die heb ik één voor één in de wanden geïntegreerd: een intensieve klus.
Maar binnenin is het merendeel gerecupereerd, van oude leistenen en schelpen uit Bretagne als muurbekleding op het dakterras tot de vloertegels op het gelijkvloers en de bakstenen in de woonkamer. Het huis is geïsoleerd met 1,2 miljoen wijnkurken die ik in restaurants en cafés en bij vrienden ging ophalen. Die heb ik één voor één in de wanden geïntegreerd: een intensieve klus, maar ik ben daar niet dag in, dag uit mee bezig. Ik wist op voorhand dat dit huis een verhaal van lange adem zou worden.”
Afvalberg
Het doel is allereerst een statement maken tegen de zinloze verkwisting van materialen. “Het probleem is dat we onze handen niet langer vuil willen maken”, zucht Stefaan. “Woningen moeten meteen instapklaar zijn. En dus kijken we neer op alles wat arbeidsintensief is. Materialen die iets meer tijd kosten om te verwerken, gooien we weg. Vaak kost het meer om een elektrisch apparaat te herstellen dan om het te vervangen. Dat is toch absurd? Het gevolg is dat we een gigantische afvalberg creëren, terwijl de grondstoffen schaarser worden. We zijn nu met zeven miljard mensen op de wereld. De komende tweeëntwintig jaar zal dat aantal met dertig procent toenemen. Als we onze levensstandaard willen aanhouden, dan zullen we ons materialenverbruik drastisch moeten terugschroeven. Terwijl we net de neiging hebben om het omgekeerde te doen. En daar doe ik niet aan mee. Ik denk liever vooruit. En ik heb het gevoel dat we stilaan op een keerpunt zitten. De mensen worden alerter voor hergebruik. Uit ecologische, maar ook uit economische motieven.”
Zelfbouwers
Dat recycleren milieuvriendelijk is, spreekt voor zich. De materialen die Stefaan gebruikt, hoeven niet opnieuw te worden geproduceerd of verscheept. Maar valt de eindfactuur ook voordeliger uit als er zoveel werk bij komt kijken? “Als ik al mijn projecten volledig zelf zou afhandelen, dan is dat voor de doorsnee verbouwer onbetaalbaar”, geeft Stefaan toe. “Daarom werk ik vooral met zelfbouwers: mensen die graag zelf de handen uit de mouwen steken. Die help ik op weg. Uiteindelijk halen ze daar meer voldoening uit. Niets zo prettig als een eerste bad nemen in een badkamer die je zelf hebt betegeld. Daarnaast besteed ik veel aandacht aan het energiezuinig maken van woningen. Zelf heb ik mijn energiefactuur het voorbije jaar afgeklokt op 13 euro per maand.”
Spiritueel comfort
Als er ooit een dag komt waarop er geen afbraakmateriaal meer te vinden is, dan ben ik in mijn opzet geslaagd. Dan wil dat zeggen dat er iets is veranderd.
Toch hoeft Stefaan niet in te boeten op comfort. “Het hangt er maar van af wat je daaronder verstaat”, beweert bij zelf. “Ik heb geen regendouche, geen jacuzzi, geen sauna… Maar ik woon wel in een huis dat ik zelf heb gerenoveerd, zonder de natuur al te veel te belasten. Ook dat is comfort, zij het op een spiritueler niveau. Veel mensen hebben de voorbije jaren zonnepanelen gelegd omwille van de subsidies. Maar als ze de winst die ze daarmee opstrijken gebruiken om een extra citytrip te boeken, dan is de ecologische winst nihil. Zelfs passiefbouw is op termijn niet zaligmakend. Er zijn gewoon niet voldoende grondstoffen om voor iedereen een passief huis neer te poten. Ik geloof in een geleidelijke overgang, waarbij we het bestaande patrimonium opwaarderen met wat er voorhanden is. Als er ooit een dag komt waarop er geen afbraakmateriaal meer te vinden is, dan ben ik in mijn opzet geslaagd. Dan wil dat zeggen dat er iets is veranderd.”
Meer informatie