Ecobouwers is bereikbaar tijdens het opendeurweekend via 02/282 19 42 en info@ecobouwers.be

aanleg warmtenet buizen

Verwarmen met een warmtenet

Een warmtenet vervoert warmte naar meerdere gebouwen, die doorgaans bij elkaar in de buurt staan. Het warme water loopt door geïsoleerde buizen naar zijn bestemming. Het grote voordeel van een warmtenet is dat hele wijken van warmte kunnen worden voorzien dankzij één efficiënte warmtebron. Het nadeel is dat je er niet op kan aansluiten als je geen warmtenet voor de deur hebt. ​

Ecobouwers Groene Warmte Tool

Dit artikel is een onderdeel van de Groene Warmte Tool. Hiermee kun je nagaan welke technieken haalbaar zijn voor jouw woning. Deze tool kwam tot stand dankzij de steun van de provincies Vlaams Brabant en Oost-Vlaanderen en de Koning Boudewijnstichting. Inhoudelijk werd er een beroep gedaan op Dialoog vzw en studiebureau Kelvin Solutions.

Start hier

Wanneer wel?

  • als je (lokale) overheid, je netbeheerder of een privé bedrijf een warmtenet aanlegt in je straat of plannen heeft om dit te doen. De kans is het grootst als je woont in een (eerder) dichtbevolkt gebied.

Wanneer niet?

  • als er op middellange termijn geen warmtenetvoorzieningen komen in jouw straat. Die kans is groot als je woont in dun bevolkt gebied.

Een warmtenet is een soort cv-installatie in het groot, met de warmtebron als een centrale ‘ketel’. De warmtebron kan bestaan uit restwarmte van industrie, afvalverbranding, biomassa, maar ook van duurzame bronnen zoals geothermie of warmte uit waterlopen. Hoe duurzaam een warmtenet is, wordt bepaald door de warmtebron. Niet elke bron scoort even goed. Maar als de warmtebron duurzaam is, levert een warmtenet veel milieuwinst op.

Een warmtenet is een alternatief voor aardgas. In plaats van een gasbuis ligt er een geïsoleerde buis met warm water onder de grond. In plaats van een gasketel bij je thuis, krijg je een eigen warmtewisselaar. Die gebruikt de temperatuur van het water uit het warmtenet om je verwarmingswater en je sanitair water op te warmen.

Comfortabel?

Een warmtenet scoort heel goed op vlak van comfort. Je kiest zelf hoe warm je het wil, en je betaalt enkel je verbruik. In plaats van een centrale verwarmingsketel, heb je nu een individuele warmtwisselaar in je huis.

De individuele warmtewisselaar neemt veel minder plaats in dan een cv-installatie. Ook sta je niet meer zelf in voor het bijvullen van een tank, onderhoud of reparaties. Dit wordt allemaal voor jou geregeld en de kosten worden gedeeld door alle gebruikers.

Je zal ook nooit meer putje winter geconfronteerd worden met een defecte ketel die meerdere dagen stil ligt. Als honderden woningen afhankelijk zijn van eenzelfde warmtenet, mag je rekenen op een snelle service. Bovendien is een warmtenet zelden afhankelijk van één bron. Dat maakt de kans op een panne een stuk kleiner.

Hoe werkt een warmtenet?

Een warmtenet kan vergeleken worden met een grote cv-ketel die een hele wijk van warmte voorziet. Die ‘ketel’ kan verschillende vormen aannemen. Soms wordt de warmte bewust opgewekt, zoals bijvoorbeeld via een grote warmtepomp of in een biomassacentrale waar houtsnippers en groenafval verbrand wordt. In andere gevallen is de warmte een bijproduct, zoals restwarmte van een fabriek of afvalverbrandingsoven.

Deze centrale bron warmt water op. Dat warme water wordt via ondergrondse leidingen getransporteerd tot bij de woningen en openbare gebouwen. Die nemen warmte af van het net met behulp van een warmtewisselaar. Exact zoals de cv-installatie in je huis, maar dan op grotere schaal.

De temperatuur van het water in het warmtenet hangt af van de bron (bijv. de restwarmte van een fabriek) en van de bestemming. Bedient het warmtenet een recent gebouwde wijk met supergeïsoleerde woningen? Dan hoeft het water niet warmer te zijn dan 40 à 55° Celsius. Gaat het om oudere, minder goed geïsoleerde gebouwen, dan moet de temperatuur omhoog. In principe is er geen limiet: zelfs warmtenetten van 90° Celsius zijn mogelijk. Maar hoe hoger de temperatuur van het water, hoe minder efficiënt het systeem. Warmer water zal onderweg meer warmte verliezen.

Warmtewisselaar

Elke afnemer - een woning, bedrijf of openbaar gebouw - wordt uitgerust met een compacte warmtewisselaar. Die is niet groter dan een postbrievenbus: zo’n 60 centimeter hoog, 20 centimeter diep en 40 centimeter breed. De warmtewisselaar tapt de hitte van het net af, en verdeelt ze doorheen de woning, net zoals bij een klassieke cv-installatie. Aan de warmtewisselaar zit ook een meter die opneemt hoeveel warmte je opneemt van het warmtenet.

Een warmtenet kan dus zonder problemen aangesloten worden op bestaande radiatoren. Is het warmtenetwater minder warm dan het water dat nu door je cv-installatie loopt, dan heb je mogelijk wel grotere radiatoren nodig. Is de aangevoerde temperatuur nog te laag, dan kun je je warmtewisselaar verbinden met een kleine warmtepomp: een boosterwarmtepomp. Die brengt het aangevoerde water op de gevraagde temperatuur.

Een boosterwarmtepomp of extra elektrische naverwarming is sowieso nodig voor je sanitair warm water als de inkomende temperatuur van het net onder de 65° Celsius blijft. Want om veilig te douchen moet het water in je boilervat elke week boven deze temperatuur gebracht worden om legionellabesmetting te voorkomen.

Voordelen van een warmtenet

  • lage onderhoudskosten
  • groot gebruiksgemak
  • garantie op continue service

Wat is het rendement van een warmtenet?

Warmtenetten of delen van warmtenetten voor woningverwarming worden per definitie op stads- of wijkniveau geïnstalleerd. Hoe verder de woningen uit elkaar staan, hoe meer kilometers buizen men moet leggen. En dan wordt het warmteverlies gewoon te groot. We kunnen dus niet het hele land aansluiten op één warmtenet (met gas wel). De locatie is cruciaal en erg bepalend voor het rendement van het netwerk.

Maar er speelt meer. Het rendement hangt ook samen met factoren zoals de aard en nabijheid van de bron(nen), het aantal aangesloten woningen, de individuele warmtewisselaar en de isolatiegraad van de woningen. En dus elke keer anders. Elk warmtenet wordt ‘op maat’ gemaakt.

Maar voor elk verwarmingssysteem geldt: een goed geïsoleerd huis met verwarming op lage temperatuur, zoals vloer- of wandverwarming, heeft nu eenmaal minder warmte nodig. En zal dan ook minder warmte van het warmtenet moeten aftappen. En hoe minder je afneemt, hoe lager de energierekening. Op dit moment wordt de prijs van warmte uit een warmtenet gekoppeld aan de gasprijs. In principe is een warmtenet dus niet duurder dan verwarmen met gas.

Hoe duurzaam is een warmtenet?

Een warmtenet is per definitie een duurzame verwarmingstechniek. Een warmtenet met een duurzame bron zorgt naar schatting voor 50 tot 70 procent minder CO2-uitstoot dan cv-ketels op gas.

Al zijn sommige warmtenetten duurzamer dan andere. Als de warmte uit hernieuwbare energiebronnen komt, zoals uit de grond, uit waterlopen of zelfs uit de riool, dan kan je haast niet beter scoren.

Biomassa komt op een mooie tweede plaats. Met snoeihout, plantafval, gft en mest kunnen kleine, wijkgerichte biomassacentrales draaiende gehouden worden. Soms rechtstreeks, soms in de vorm van biogas. In principe is deze energiebron - transport niet meegerekend - CO2-neutraal. Wordt er op een duurzame manier aan bos- en natuurbeheer gedaan, dan nemen bomen en vegetatie op termijn evenveel CO2 weer op als bij de verbranding vrijkomt. De problematiek rond fijn stof en de vertraging die er zit op de heropname van de CO2 blijven belangrijke discussiepunten. Een biomassacentrale slaagt er wel veel beter in om de uitstoot van fijn stof te beperken dan wanneer je thuis hout of pellets stookt. Anderzijds gaat het vaak om producten die je anders als meststof en mulchmateriaal in de land- en tuinbouw zouden kunnen gebruiken: je mag ze dus niet massaal inzetten om te verbranden voor woningverwarming.

Komt de warmte uit restwarmte van industrie - denk aan fabrieken en zware industriegebieden, zoals de haven van Antwerpen of Arcelor Mittal - dan is die warmte in eerste plaats waarschijnlijk nog niet duurzaam opgewekt. Naarmate meer industrie overschakelt op hernieuwbare energie zien we daar een kentering in. Tweedehands warmte die anders gewoon geloosd wordt, blijft in elk geval - ook al is ze niet duurzaam opgewekt - een verstandige keuze om een warmtenet te voeden.

Richtprijs, premies en terugverdientijd van een warmtenet

Een warmtenet heeft één nadeel. Je hebt geen zeggenschap over wie de warmte levert aan je woning. Je hangt dus vast aan de warmteleverancier. En die wordt dan weer grotendeels bepaald door de locatie van je woning. Woon je naast een afvalverbrandingsoven, dan kan je niet kiezen om warmte te krijgen van een geothermiecentrale aan de andere kant van het land. Je bent gebonden aan de voorwaarden en prijzen van de leverancier.

Om je als consument te beschermen tegen dit monopolie is er nood aan goede afspraken over tarieven. In Nederland geldt de Warmtewet. Die zegt dat de kosten bij het gebruik van een warmtenet in totaal niet hoger mogen zijn dan wat je als bewoner zou betalen met een eigen hoogrendementsketel op gas voor dezelfde hoeveelheid warmte. Ook in Vlaanderen respecteert men dit principe. In de regel zou een warmtenet dus niet duurder mogen uitvallen dan klassieke verwarming op aardgas.

De prijs van een warmtewisselaar (die je ook kan leasen) is lager dan die van een cv-ketel. Heb je ook een boosterwarmtepomp of een boiler voor sanitair warm water nodig, dan zal de prijs mogelijk iets hoger liggen dan een klassieke gascondensatieketel met doorstromer.

De toekomst zal uitwijzen of het principe 'warmte uit het net aan de prijs van warmte uit een installatie op gas' behouden kan blijven. Want het aanleggen van een warmtenet is aanzienlijk duurder dan een gasnet. Daartegenover staat dan weer dat een warmtenet op andere vlakken heel wat kosten bespaart. In plaats van bijv. 150 aparte ketels, moet er maar één of enkele ‘ketels’ onderhouden worden. Gaat er iets stuk, dan worden de kosten gedragen door alle verbruikers samen. Zo wordt er ook veel milieuwinst geboekt. 

Aandachtspunten bij plaatsing van een warmtenet

Eigenlijk kan je zelf niet kiezen voor een warmtenet: je gemeente of stad, netbeherder,... beslist waar zo’n net komt. Je woning komt in de toekomst enkel in aanmerking voor een warmtenet als ze in een eerder dichtbevolkt gebied ligt, en dichtbij een mogelijke warmtebron. Je kan je woning wel voorbereiden op een warmtenet door grondig te isoleren en nu alvast te kiezen voor vloer- of wandverwarming. Dat is sowieso een verstandige keuze, warmtenet of geen warmtenet.

  • Een warmtenet vereist graafwerk. Niet enkel in je straat maar ook aan je woning, zodat je woning geconnecteerd kan worden met het net.
  • In je woning komt een warmtewisselaar die de warmte van het warmtenet overdraagt aan de leidingen van je centrale verwarming. Vaak is het zo dat er een extra leiding aangelegd moet worden omdat het beginpunt van je cv-leidingen (de collectoren) en de warmtewisselaar niet rechtstreeks met elkaar verbonden kunnen worden. Bijvoorbeeld als je stookplaats met daarin de collectoren achteraan de woning ligt en het warmtenet vooraan de woning binnen komt. Plaats daarom bij een verbouwing of nieuwbouw je ketel of warmtepomp kort bij de voorgevel zodat je die later zonder veel breekwerk kan vervangen door een aansluiting op het warmtenet
  • Je warmteverdeelsysteem (radiatoren, vloerverwarming,...) moet niet aangepast worden, al is de plaatsing van een extra boosterwarmtepomp in sommige situaties aangewezen.

Sanitair warm water met een warmtenet

Ben je aangesloten op een warmtenet, dan staat het net ook in voor je sanitair warm water. Afhankelijk van de temperatuur van het water dat verdeeld wordt via het net, zal je in in sommige gevallen in meer of mindere mate je sanitair warm water moeten bijverwarmen. Dit kan dan via het elektriciteitsnet (bv. via een boosterwarmtepomp) eventueel in combinatie met zonnecollectoren, want de gasaansluiting wordt dan geschrapt. Wie kookt op gas zal dus ook best switchen.

Is een warmtenet iets voor mij?

Checklist:

  1. plant je gemeente of stad of netbeheerder of een ander bedrijf of organisatie een warmtenet in jouw straat?
  2. De kans is het grootst in een stedelijke of andere dichtbewoonde omgeving

​Als je op alle vragen ‘ja’ antwoordde is een een warmtenet mogelijk een goede optie. Niet zeker hoe je je woning op een warmtenet moet voorbereiden? Neem dan zeker contact op met je provinciale steunpunt duurzaam bouwen en wonen en voor een duurzaam bouwadvies op maat. Zij bieden onafhankelijk, professioneel advies; gratis of voor een bescheiden vergoeding.

warmtenet buizen aanleg
warmtenet