Strobalen geraken steeds meer ingeburgerd bij duurzame bouwers. Zelfs bij andere hernieuwbare, ecologische materialen hebben ze een voetje voor. Wim Huntjens van BAS Bouwen legt uit waarom.
Bouwen met strobalen
Strobalen zijn een bijzonder duurzaam materiaal. Ze kunnen worden ingezet als isolatie of in de bouw. Wat stro ecologisch maakt is:
- de mogelijkheid om het biologisch en lokaal te produceren
- het feit dat er geen bewaar- of brandvertragende middelen worden toegevoegd
- de biologische afbreekbaarheid van het materiaal.
“Cement en beton domineren de bouwsector”, begint Wim Huntjens. “Het is goedkoop, gemakkelijk te maken en stevig. Maar: het is ook de tweede meest vervuilende industriële sector, goed voor maar liefst 6 procent van de totale menselijke CO2-uitstoot. Terwijl er genoeg alternatieven zijn. Gebruik je die doordacht, dan hebben ze betere kwaliteiten en scoren ze beter qua ecologische voetafdruk.”
“Strobalen zijn zo’n materiaal”, vertelt hij. “Het is goedkoop, gemakkelijk te krijgen, en bovendien 100 procent hernieuwbaar. Bouwstrobalen bestaan uit de gedroogde halmen van tarwestro. Het is een bijproduct van de landbouw en wordt lokaal geproduceerd. Hopen ervan, letterlijk. Bovendien kan stro op het einde van zijn levensduur gecomposteerd worden.”
Wat zijn de toepassingen van strobalen in de bouw?
“Strobalen worden toegepast als isolatiemateriaal in gebouwen van gelijk welke schaal en type”, verduidelijkt Wim Huntjens. “Zo is er in Oostende het kinderdagverblijf Wiegelied voor meer dan 70 kinderen geïsoleerd met lokale strobalen. Rechtstreeks van bij de boer tot in de bouw! Ook zijn we in ons kleine land de trotse eigenaar van de grootste zelfdragende strobalenboog van Europa.”
“De dragende structuur van een strobalenbouw wordt uitgevoerd als een traditionele houtskeletstructuur. Daartussen worden de strobalen samengeperst zodat ze hun goede eigenschappen verkrijgen zoals thermische en akoestische isolatie, brandweerstand, draagkracht en weerstand tegen ongedierte.”
De draagstructuur heeft echter ook een ecologische voetafdruk. Wil je circulair bouwen, dan zijn de eigenschappen van de draagstructuur en de manier waarop alle bouwelementen met elkaar verbonden worden heel belangrijk. “Door de draagstructuur uit te voeren in hout, wordt CO2 opgeslagen in het gebouw in plaats van uitgestoten in de fabriek. Let bij je keuze op standaardisatie, omkeerbare verbindingen, welk type hout en de plaats van herkomst ervan. Dan ben je al goed op weg om een verantwoorde keuze te maken en tot een circulair gebouw te komen”, voegt hij daaraan toe. “Bij de keuze van de houtsoort is de duurzaamheidsklasse van het hout van belang. Hout met een hoge duurzaamheidsklasse is zeldzamer en minder lokaal beschikbaar dan hout met een lagere duurzaamheidsklasse. Hout met een lagere duurzaamheidsklasse kan thermisch, chemisch of natuurlijk verduurzaamd worden, maar dit zal een effect hebben op de milieu impact van het materiaal.”
“Gebruik hout met de juiste duurzaamheidsklasse voor de juiste toepassing” vervolgt Wim Huntjens. “Hou ook rekening met de vereiste behandeling tegen schimmels en insecten in bepaalde toepassingen. Een slimme ontwerper kan het aandeel lokaal -en onbehandeld hout in de constructie maximaliseren.”
Wie wil garanderen duurzaam hout te gebruiken, kiest voor producten met het FSC- of PEFC-label. Deze labels duiden op houtwinning uit duurzame en verantwoorde bosbouw.
Hoe verhoudt stro zich tot andere biologische isolatiematerialen?
Wim Huntjens: “Strobalen zijn zeker niet het enige biologische isolatiemateriaal. Houtwol, cellulose, vlaswol, kurkkorrels, kleikorrels en schelpen isoleren ook. Maar strobalen vragen geen chemische toevoeging, thermische behandeling of specifieke ontginning, die heeft immers al plaatsgevonden bij de oogst van het graan. Daardoor blijft het 100% biologisch afbreekbaar.”
“Maar vergis je niet: bouwstrobalen worden ook niet zomaar van het veld geplukt en naar de werf getransporteerd. De balen moeten voldoen aan strenge eisen, zowel bij productie als bij plaatsing op de werf. Zo moeten de balen een standaardvorm hebben, en zijn de massadichtheid en het vochtgehalte cruciaal. Stro moet echt ten allen tijde droog gehouden worden, zowel bij productie als in de gebruiksfase.”
“Strobalen krijgen ook geen brandvertragers toegediend. Doordat de strobalen twee keer samengedrukt worden - de eerste keer om er een strobaal van te maken en de tweede keer tussen de draagconstructie - komt er niet genoeg lucht in de baal om haar te doen branden. Als je de wanden daarna bepleistert of bekleedt kom je aan een brandweerstand van 60, 90, tot zelfs 120 minuten. Verschillende testen hebben dat al bevestigd. Sprekend zijn ook de beelden van Amerikaanse bosbranden: na de vernietigende doortocht van de branden, staan enkel nog de strobalenwanden overeind.”
Wim Huntjens: “Strobalen vragen wel een specifieke knowhow. Veel architecten, aannemers en bouwheren delen graag hun kennis, maar het belang van ervaring met het materiaal is niet te onderschatten.”
Dit artikel verscheen in oorspronkelijke vorm op VIBE vzw.